Berlijn
Utrecht was een gevalletje eten, slapen en
fietsen. En ook niet veel meer dan dat. En elke avond eines grosses Weizen. Dat
was het dan wel zo’n beetje. Ik had deze monsterrit ook in 5 dagen kunnen
fietsen, of in zes. Toch kies ik ervoor om het in 4 dagen te pogen. Waarom?
Waarom toch zoveel fietsen en ook niks anders dan dat doen op een dag? Zoiets
blijft een lastig verhaal.
Eerst maar
eens terug naar het begin. Waarom Berlijn Utrecht? Die is was makkelijker. Er
loopt een goede treinverbinding naar Berlijn toe en ik kan makkelijk mijn fiets
meenemen. Daarnaast voorspellen ze veel oostenwind, dus ik ga constant wind mee
hebben. Als het westenwind was geweest had ik het verhaal in de omgekeerde volgorde
gedaan. Bij zuidenwind was ik in Lyon gestart. Een andere reden om van A naar B
te rijden en geen grote ronde te fietsen, is de langzame verandering van het
landschap. In vier dagen tijd verandert de wereld om me heen heel langzaam van
Duits naar Nederland. Er is geen strakke grenslijn waar alles opeens anders
wordt. De huizen, veranderen heel langzaam van gedaante. De wegen nemen andere
vormen aan. Als er bijvoorbeeld niet meer gekoerst kan worden op de kasseien in
Vlaanderen, dan zijn er in het oude Oost-Duitsland genoeg alternatieven te vinden.
Die kasseien wegen nemen langzaam maar zeker af op de route van oost naar west.
Nog zo’n typisch ding is dat vooral de linkerkant van lichaam goed verbrand is.
Rechts viel er veel minder zon op. Het zijn van die kleine dingen die een lange
monsterrit tot iets moois maken. Van die kleine bijna onmerkbare dingen dat het
bijvoorbeeld elk ochtend iets later licht is en ook ietsie later donker elke
avond.
En waarom
690 km fietsen in vier dagen? Omdat het kan. Er zijn vast ook rijders die het
in drie dagen of misschien zelfs in 2 kunnen, maar dat soort dagafstanden gaan mij niet
lukken. Een andere reden is dit lange stuk door Duitsland nu ook weer niet echt
de moeite om lang bij stil te staan. Het is geen supermooi natuurgebied of zo.
Gewoon veel akkers, veel gras, lange recht wegen, wat bossen, koolzaadvelden
afgewisseld met windmolenvelden. Die groeien hier ook als kool. De reden voor vier dagen in mijn geval is
omdat dat ik dan tegen de taks van mijn conditie aanzit. Ja,.... lang fietsen en
lang in het zadel gaat pijn doen en pijn is vervelend. Niemand gaat voor zijn
lol naar de tandarts voor een wortelkanaalbehandeling. En dan liefst eentje zonder
verdoving, gewoon voor de gein. Nee, pijnlijden is niet leuk, maar kunnen
pijnlijden wel. Dat is een klein subtiel verschil maar wel wezenlijk in deze. Pijn
kunnen lijden is is conditie hebben, wetende dat je het lichaam aardig kunt
pijnigen maar dat het dat toch allemaal wel doorstaat. Kom maar op met die
ellende, ik kan het hebben. Zo’n soort gedachte. Daarom moest dit ‘tochtje’ in
vier dagen. Omdat het kan.