Waarom hebben mensen een hekel aan grote groepen wielrenners?
Ik denk dat het voornamelijk wordt bepaald omdat een grote groep intimiderend is.
Of het nu wielrenners zijn op snelheid of een verzameling motorrijders of grote
groep voetbalfans. Het werkt altijd intimiderend. En daarnaast houden die
wielrenners zich zelden aan verkeersregels. En dat laatste is ook waar. Maar ik
kan ook vaak niet anders. Dat klinkt dom en toch is het waar. Ik fiets vandaag
de tourklassieker Veenendaal -
Veenendaal. Genoemd naar gelijknamige koers. Tenminste, vroeger heette zie
koers zo. Tegenwoordig draagt die koers de hele foute naam ducht food valley classic. En dit
is een druk bezocht evenement, dus veel wielrenners op de vele fietspaden tussen Veenendaal Arnhem. Bij stoplichten stoppen we gewoon met zijn allen en
slechts een enkele mongool denkt dat dat voor hem niet geldt. Op bijna alle
kruisingen krijgen we gewoon voorrang. We vragen er niet om; we hebben het maar
in de helft van de gevallen maar automobilisten snappen de verkeersregels niet.
Ze hebben voorrang; ze krijgen de kans om door te rijden maar ze stoppen gewoon
en wuiven dat wij voor mogen. Nu kan ik daar al eenling in dat peloton fietsers
wel de moraalridder gaan uithangen en voor autos stoppen die voorrang hebben maar dan
wordt ik ook zo’n sta-in-de-weg op het fietspad. De meeste van ons zijn
eigenlijk best OK op enkele horken na dan. En dat we de verkeersregels negeren
is ook deels de schuld van anderen. Je hoeft niet te stoppen.
Een van de horken kwam ik vandaag tegen op een fietspad
langs de provinciale weg naar Arnhem. Er zitten 3 renners die voor me rijden in een waaier over de weg. De wind staat van links voor en er zijn geen tegenliggers. Achter rijden me nog een paar renners. Er gaat een man langs me rijden op het
toch al niet zo smalle fietspad. Ik zit helemaal rechts en zijn arm zit nog
geen 5 centimeter verwijderd van mijn arm. Wat wil die halve gare, vraag ik me
af. Dicht op elkaar rijden is niet iets waar ik rap angstig van wordt. Maar dit
is wel heel dichtbij. En we fietsen 35 in het uur.
“Wij horen bij elkaar” begint de man.
“Ja, en?”
“Jij moet hier weg”
?????
Ik vraag eens even door. Want ik ben toch wel benieuwd naar
de mens achter deze vraag.
“Doe jij altijd zo sociaal en vriendelijk?”
Geen antwoord.
“Spreek je collega’s ook zo aan en hoe reageren ze dan?”
Wee geen antwoord.
Ik moet hier niet rijden. Dat was de boodschap en daar kan
ik het mee doen. Ik heb geen zin in een ruzie op het fietspad maar ik had hem het
liefst gewoon de berm in geduwd. Wat een stuk verdriet. Ik zak maar wat af in
de groep. Iedereen zwijgt. Gezellige boel hier.
Gelukkig zijn de rest van deelnemers mindere horken en is het gewoon een dagje lekker fietsen met veel klimmen. Na 135 km en een gemiddelde van 29,2 kmh sta ik weer in Veenendaal. Nog even douchen en 's middags op de bank liggen. Ik ben moe.