Ik geef op. Dit gaat zo niet langer. Ik heb net al een half uur voor pampus gezeten bij het lokale tankstation, blij dat ik even kon uitrusten, terwijl de lokale bevolking zich vergaapte aan mijn fiets en mijn outfit. Twee kilometer verder kom ik een guest house tegen in een dorpje wat verder niks voorstelt. Ik wist ook niet dat er accommodatie zat op dit deel van de route. Ik was er vanuit gegaan dat ik een etappe moest overbruggen van 150 km. Tussen Kampong Thom en Siem Raep kon ik vooraf niets vinden over hotels.
Mijn doel was om 'gewoon' 150 km te fietsen vandaag. Iets van waarvan ik op voorhand al wist dat het gekkenwerk is. Het zit hem niet in de afstand, ik voel me belabberd. Ik produceer al een paar dagen diarree en mijn lichaam is leeg en energieloos. Toch begin ik aan de rit, hopende op een soort wonder. Gisteren was namelijk ook zo'n rotdag. Ook gezeur met mijn darmen maar wel goed voor 107 km. Ook die dag begon rottig en met een belabberd gevoel. De eerste 70 km liepen ook niet lekker maar op de laatste 30 kwam ik op de doorgaande weg tussen Phnom Penh en Siem Raep uit. Eindelijk was het gedaan met het hobbel asfalt, eindelijk eens een mooie brede weg met nieuw asfalt. YES! Ik ben een asfalt junkie en ik hou van mooie nieuwe wegen. Weg met alle klinkers, stoeptegels, kasseien en andere gruis wegen. Als het aan het mij ligt, leggen ze overal nieuw asfalt aan. Daarna kwam ook bij mij vorm terug. Ik herstelde die dag langzaam en op het eind zit ik krom voorover gebogen over mijn stuur om vaart te maken.
Dat wonder geschiedde vandaag niet. Mijn gevoel van lamlendigheid ebt niet weg en de felle brandende zon helpt ook niks. Eten kan ik niet, een wind laten is geen optie omdat ik bang ben dat er meer shit uit komt. Ik kan alleen maar drinken, afzien en me afvragen waar ik in vredesnaam mee bezig ben. En dan zie ik na 52 km een guest house. Ik bedenk me geen twee keer en besluit direct de pijp aan Maarten te geven. Ik wil alleen nog maar op een bed liggen.
Dat is ook het enige wat ik de rest van de dag doe. Liggen en rusten. Veel drinken en honger heb ik nog steeds niet en zolang mijn maag geen trek heeft, besluit ik ook om niks te eten. Mijn strategie werkt. De volgende dag voel ik me beter. Niet goed maar wel beter en ik besluit niet te gaan liften maar de laatste 98 km gewoon te fietsen. Ik weet 's ochtends zelf een hele kop noedelsoep naar binnen te werken. Nou na, bijna dan. De vis haal ik eruit; daar zit mijn maag nog niet zo op te wachten. De rest van dag leef ik op mentos stuiter snoepjes, veel water en een blikje cola. Een dag later dan gepland dus kom ik aan in Siem Raep waar ik een duur hotel pak. Morgen verder uitrusten. 'S avonds hervind ik ook weer mijn eetlust. Eindelijk, na 4 dagen, weer een fitte Rob op de fiets in plaats van een wandelend lijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten