zondag 29 april 2018

Gedoe met hotels

Mijn hotel overnachtingen de afgelopen twee dagen verlopen niet helemaal vlekkeloos. Zeg maar gerust, nogal knudde allemaal. Ik denk dat er een boel misverstanden bestaan tussen mijn opvattingen en de Taiwanese standaarden. Ik heb nu twee hotels gehad waarbij het alleen al een kunst is om ze te vinden. Een hotel geboekt bij Agoda en de andere bij Booking, wat overigens dezelfde bedrijven zijn. Agoda is gewoon een submerk van Booking. Omdat ik bij een Engelstalige wereldwijde organisatie boek, heb ik soort van verwachtingspatroon. Dat de eigenaar Engels spreekt en dat er een Engelstalig uithangbord is. Dat als er staat dat ontbijt inbegrepen is dat dat dan ook echt zo is. Of als ik vanaf drie uur kan inchecken dat ik dan niet voor een dichte deur sta of zo.

De praktijk:
Twee dagen geleden loop ik me en breuk te zoeken in een of andere achterafsteeg in Donggang. Geen Engels adres, alleen maar Chinese tekens. Niks wat op een hotel lijkt. Verbaasde taiwanezen díe me en beetje aangapen. Bijna niemand spreekt hier echt goed engels. Alleen de jongere generatie spreekt soms Engels. Een met jonger bedoel ik, jonger dan 25, daarboven kun je het schudden. Maar er zijn ook genoeg jonge meiden die bij de 7/11 mini supermarkt werken en geen zinnig antwoord kunnen geven op een makkelijke vraag. Gelukkig heb ik een Chinees adres in de bevestigingsmail staan en iemand is zo vriendelijk om het huis schuin aan de overkant aan te wijzen. Het ontbijt de volgende dag was er niet, en ook niemand om te vragen hoe dat dan zat. Het WiFi paswoord had ik zelf geraden, ook dat hadden ze wel mogen meldden. Het paswoord was het telefoonnummer. Vaak is het dat of 8 keer een nul of zo.

Vandaag was het weer een zoektocht. Weer geen Engels uithangbord, weer een achterafsteeg. Deze keer kon ik het wel zelf vinden. Maar er blijkt niemand thuis. De buren zijn zo vriendelijk om te helpen, maar dat brengt weinig soelaas. Ze bellen de eigenaar op een die vertelt me doodleuk dat ze nog in Tainan is en pas over twee uur thuis is. Of ik maar even wil wachten. Wachten!? Is ze nu helemaal belazerd? Ik kan tussen 15h00 en 22h30 inchecken volgens de bevestigingsmail en het is nu 4 uur. Wat denkt ze dat ik hier nu ga doen? Twee uur lang als een brave hond op de drempel gaan wachten totdat het baasje thuis? Zo'n onwelkome receptie heb ik nog nooit meegemaakt. Ik wil een douche, ik heb ruim honderd kilometer gefietst en ik ben vies van het stof en zweet. Niemand van de buren kan de deur openmaken, en er zit niks anders op dan een koffietent vinden en mijn woede een beetje laten uitrazen.

Als ik na twee uur terug ben, probeer ik beleefd aan te geven dat dit echt niet kan. Ze verontschuldigt zich eerst half, een beetje slapjes. Later komt er wat meer sorry uit. Ze geeft niet uit eigen initiatief korting, maar ik ding wel af. Ze kan me wat. Misschien hebben ze hier andere standaarden, maar een gastvrouw die zijn klanten doodleuk twee uur voor een dichte deur laat wachten, dat is echt geen porum. De kamer is trouwens mooi, nieuw en comfortabel. En toen was er een warme douche, eindelijk. 

vrijdag 27 april 2018

Rondom het zuidelijkste punt van Taiwan

De westkust van Taiwan is bij lange na niet zo mooi als de andere kant. Het is er ook veel drukker. De laatste fietstocht langs de oostkust was een lange dag. En ik heb al sinds maanden geen echt lange afstanden meer gefietst. Dus deze hakte er wel in. In totaal was het 138 km en 1300 hoogtemeters. Best veul. Ik had vooraf eigenlijk ook geen plan. Gewoon fietsen en als ik moe was een hotel pakken. Ik dacht eigenlijk dit stuk in twee dagen te doen. Maar op het eind kom ik maar niks tegen. De route door de bergen is ronduit schitterend over kleine soms erg matige weggetjes. En het laatste stuk met de uitzichtspunten over de grote oceaan is even briljant. Maar op dat stuk zit ik vooral te balen op mijn fiets. Het lukt me niet om oog te hebben voor het prachtige landschap. Ik ben moe en de wind beukt hard op me in. Ik wil onderhand wel eens een hotel, een douche, een bed en een fatsoenlijke maaltijd. Ik ben dan ook heel blij als ik eindelijk iets tegenkom. Een mooi B&B met zeer behulpzame bediening. Ik kan de was doen en onbeperkt thee en koffie drinken op het dakterras. Alle restaurants sluiten hier s avonds, maar mijn gastheer is zo vriendelijk om 3 km op en neer te rijden naar het enige geopende restaurant. Ik laat hem een heerlijke maaltijd bezorgen. Pompoensoep en een thaise curry met rijst.

Hierna was het wel weer eens tijd voor een dagje rust, een beetje de toerist spelen en foto's maken. Ik ga naar het zuidelijkste puntje van Taiwan om aldaar een foto te maken van mijn fiets bij het monument dat daar staat. Plus nog een vuurtoren bekijken die er al meer dan een eeuw staat. Het opvallende aan dit stuk is dat dit het eerst echt toeristische punt is. Na meer dan 500 km fietsen zie ik voor het eerst toeristen prullaria winkels en tref ik de eerste ansichtkaarten. Al die tijd daarvoor ben ik dit soort vakantie gedoe niet tegengekomen, ook in Taipei niet. En direct zie ik ook meer westerlingen. Volgens drie Chinese dames die ik tref, is dit met mooiste wat Taiwan te bieden heeft. Ze komen van 'mainland China' en hebben twee weken kunnen vrij nemen om hier vakantie te vieren. De oostkust hebben ze nog niet gezien, wel alle night markets onderweg. Ze denken in eten.

En vandaag zie ik voor het eerst een stuk van de westkust. Mijn eerste indruk is, laat maar hangen en ik zoek wel een route via het binnenland terug. Het is druk, auto's rijden er harder en er is veel lelijke bebouwing. Ok, het geld moet ergens verdiend worden, maar het is geen vakantie bestemming. Morgen ga ik weer toerist spelen, bootje varen naar een eilandje en een beetje brommertje rijden. Dat soort werk.



dinsdag 24 april 2018

Nog meer oostkust

Nog meer oostkust. Nog meer en nog meer. Nog zo'n twee dagen oostkust en dan zit ik in het zuidelijkste puntje van Taiwan. Volgens het meisje van de lokale koffietent een aanrader. Ik raakte met haar in gesprek in Hualien. Zij net drie turven hoog, ik nogal lang voor Taiwanese begrippen. En ze sprak Engels, genoeg zelfs om een normale conversatie mee te kunnen voeren. Haar vriend waarmee ze de lokale koffietent runt komt er ook bij zitten en ik krijg een extra gratis drankje aangeboden. Dit gaat de goede kant op. Ze zijn zelf reisgek en ze willen weten waar ik ben geweest en hoe Nederland er uit ziet. Ze blijken typische Aziatische toeristen. Ze weten dat je wiet kan roken in Amsterdam en ze willen naar Giethoorn toe, dat kennen ze want een vriendin is er ook geweest. En ze vragen het voor de zekerheid nog een keer of je echt ongestraft kunt blowen in Nederland. Ja, beaam ik, maar ik heb het zelf nog nooit gedaan. Voor mij is het een mogelijkheid, geen illegaal stiekem dingetje. En ik doe aan sport, en dus niet aan drugs. Ja, dat snappen ze wel, maar ze willen toch blowen. En naar Giethoorn, dat ook. Ik leg uit dat er nog meer is in Nederland, Delta werken, de domtoren, het rivierenlandschap, dat soort werk. Ze zegt dat ze ook windmolens wil zien. Zoals ik al schreef, echte Aziaten.

Ze wil weten of een week genoeg is om Nederland te bezoeken. Ja dat wel, alleen als je dan toch dat lange stuk vliegt, kun je beter een paar landen extra meepakken. Er is vast nog wel een stukje Frankrijk of Italië dat ze ook willen zien. Dan ben je al gauw een paar weken aan het rondreizen. Op het moment dat ze gaat vragen wat zoiets kost, komt bij mij het besef dat er wel heel veel passie is voor reizen maar nog weinig voorbereiding. Ze schrikt van een ticket van 800 euro en ze schrikt nog harder als ik haar vertel hoeveel ze op een dag kwijt zal zijn aan hotels, voedsel en entree gelden. Honderd euo persoon per dag haal je makkelijk. Ik denk dat ze hier nog heel veel kopjes koffie moet gaan verkopen. Ik denk haar hetzelfde te zien denken.

Goed. Hoe dan ook, volgens Kelly (ja, niet gelogen, een Engelse naam) moet het zuidelijkste puntje van Taiwan erg mooi zijn en daar zit ik nog twee dagen vanaf. Nog twee dagen dus fietsen lans deze schitternde kustlijn.


zaterdag 21 april 2018

Taiwan's prachtige oostkust

De route van Yilan naar Hualien is mooi, mooier, mooist. Het is een weg langs de kust af en de bergen vallen hier bijna loodrecht de zee in. Er is geen sprake van een strand. Het gevolg is een weg die een beetje omhoog en omlaag slingert langs de kust af. De Portugezen noemden het eiland ilha formosa, wat zo goed als prachtig eiland betenkent en daar is geen woord aan gelogen. De oostkust van Taiwan is een soort natte droom voor wielrenners en alles en iedereen die van natuurschoon houdt. En deze natte droom wordt graag gepromoot door de Taiwanese overheid. Er zijn lange afstand fietsroutes over het hele eiland heen en Giant onderhoud een groot netwerk van verhuurbedrijven.

Toch is het niet alleen maar walhalla. Automobilisten zijn nog lang niet opgevoed om rekening te houden met fietsers. En gezond is het ook allemaal niet om tussen de bussen en de grote vrachtwagens te moeten fietsen. Deze diesel vrachtauto's zouden nooit in de Utrechtse binnenstad worden toegelaten. Ik vraag me zelfs af of ze überhaupt door de keuring van het RDW komen. Ook met een heleboel sjoemelsoftware, dan nog niet. Echt gezond kun je dat fietsen hier dan ook niet noemen. Al dat fijn stof kan nooit goed zijn.

Een ander komisch aspect van deze route is dat er veel tunnels en galerijen in zitten. Vooral die tunnels is tricky rijden. Niet elke chauffeur vindt het noodzakelijk om afstand te houden. Ik heb al enkele buschauffeurs de huid vol gescholden na een rakelingse passage. En de goot rechts van de weg is een abrupte loodrechte diepte van minimaal een halve meter en soms nog meer ook. Ik blijf daar dus altijd een meter van vandaan om wat speling over te houden. In de tunnels zit geen goot maar een stoeprand. Om heelhuids en tunnel door te komen gebruik ik mijn enkel broekspijp band. Ok dat klinkt ingewikkeld, maar hier mee bedoel ik een oprolbare stuk plastic dat in opgerolde vorm ervoor zorgt dat mijn broekspijp (van een lange broek) de ketting niet kan raken. In de niet opgerolde vorm is het een 30 bij 4 cm recht stuk plastic. In de kleur fluorescerend geel. Kijk, dat helpt. Ik zit naar elke achteropkomende auto te zwaaien dat ze me alleen ruim mogen inhalen. De meesten werken netjes mee, alleen die eikels van buschauffeurs blijven irritant opdringerig. In Nederland zouden ze waarschijnlijk met een artikel vijf overtreding van de weg zijn gehaald. Rijbewijs kwijt en daar sta je dan met je bus vol passagiers. Ik zou dat hier wel eens willen zien gebeuren. Het komische is trouwens dat ik door sommigen van die tunnels eigenlijk niet heen mag fietsen en er is geen onweg. Toch maakt deze route onderdeel uit van Taiwan cycling route nummer een. Wat dachten ze nu daar precies op het hoofdkantoor? Weet je wat, we sturen die renners een paar keer via een onverhard geitenpad de berg over. Gaan ze vast doen, kunnen we gelijk tegen die buschauffeurs zeggen dat ze ze van de weg af mogen rijden als ze toch die tunnel pakken. Geen idee wie hier heeft zitten slapen, maar het zou me niks verbazen als het dezelfde klungel is geweest die de stoplichten heeft afgeregeld. Die staan namelijk op tijd ingesteld. Zoveel seconden de ene baan, zoveel seconden de andere baan. Of er nu verkeer is of niet. Het gevolg is dat ze auto's en brommers vaak nutteloos staan te wachten voor een mini zijstraatje van links waar geen verkeer uitkomt. Ik heb besloten dat ik als buitenlander die regel mag overtreden.

vrijdag 20 april 2018

Hersteld?

Ik lijk wel hersteld. Genezen van iets dat geen naam had of een duidelijke oorzaak. Maar hersteld leek het vandaag zeker. Ik zit al vier maanden in de lappenmand; ik werk ook al vier maanden niet meer fulltime. En waarom? Oververmoeidheid, onverklaarbare oververmoeidheid. Niemand lijkt te weten waarom, maar feit bleek wel dat ik de afgelopen maanden moe kon worden van een inspanning van niks. Van 60 km fietsen kon ik makkelijk drie uur slapen. De langste fietsafstand dit jaar staat op 70 km, en dat op mijn racefiets, daar maak ik sowieso het makkelijkst mijn kilometers op.

En vandaag 90 km. Negentig! Op de Trek, niet eens mijn rapste fiets. En dan ook nog eens met bagage plus drie klimmen die gezamenlijk goed zijn voor ruim duizend hoogtemeters. Waar komt dit gevoel van fitheid toch plots vandaan? Ok, ik ben wel moe na afloop en ik neem best vaak pauze onderweg. Maar ik ben niet zo moe dat ik op mijn hotelkamer direct in slaap val. Ik hou puf over om even een handwasje te doen, plus een constructie bedenken om de kleren te drogen te hangen voor de airco.

Ik zal niet te vroeg van juichen en eerst morgen maar eens afwachten, maar het idee dat ik rap mijn conditie ga terugvinden is een soort godsgeschenk. Waar vakantie vieren in Taiwan al niet goed voor is.


donderdag 19 april 2018

Dagje Taipei

Het Engels van de gemiddelde Taiwanees laat veel te wensen over. Of ze spreken alleen vloeiend mandarijn, of vloeiend mandarijn en een beete hopeloos Engels. Ze kennen een paar woorden, vooral eenvoudige woorden, medium of large, inside of takeaway. Dat soort dingen. Ik verwacht de komende drie weken weinig conversatie. Wat verder aan Taipei opvalt, is dat er geen toerisme is. Sowieso zijn westerlingen hier spaarzaam, als ik goed geteld heb ik er vandaag nog geen tien gezien, maar ook de Chinese of Taiwanese toerist gedraagt zich anders. Op het Chiang Kai-shek plein is het weliswaar druk met toeristen en die doen zo'n beetje de standaard dingen, maar buiten het plein houdt het op. Geen voedselstalletjes, geen souvenirs, geen verkopers van wat dan ook. Alleen een blikjesautomaat. Het komt bij mij daardoor niet echt levendig over. Een andere vorm van archaïsch toerisme in de vorm van ansichtkaarten en postzegels heb ik ook nog niet gespot. Bij de Taipei 101 toren is het maar een dooie boel. Dit was toch echt ooit het hoogste gebouw ter wereld. Daar mag je best trots op zijn. Bij de Petronas torens in Kuala Lumpur, ook ooit 's werelds hoogste gebouw, was veel meer te beleven.

Een van de mooie dingen van Taipei, tenminste voor mij als fietser, is het fietspad langs de Tamsui rivier. Een beetje afgekeken van het schitterende fietspad langs de Han rivier in Seoul, of misschien hebben de Koreanen het idee hier wel vandaan. Of misschien komen alle goede fiets ideeën wel uit Nederland, maar feit is wel dat ik vandaag heerlijk rustig heb gefietst in een miljoenenstad. 25 kilometer lang fiets paradijs, speciaal voor alle fiets idioten. Het is er trouwens allesbehalve druk. 


woensdag 18 april 2018

Landen op Taipei airport

Er is geen duidelijk begin van de dag. Ergens halverwege de vlucht van Dubai naar Taipei begint voor mijn gevoel de dag. Ik slaap toch nog een paar uur in de A380 dubbeldekker. Op de luchthaven loop ik eerst naar de verkeerde terminal, twee ipv een. En zodoende sta ik in de verkeerde paspoorten controle rij. Grrrr,.... hoe had ik dat kunnen weten? Op de borden stond immigration en transfer, verder niks. Ik volg immigration en ergens halverwege die route had ik moeten afslaan naar immigration for terminal 1. Tuurlijk. Alsof iedereen dat wist of zo. Kennelijk wel want ik zie geen andere reizigers dezelfde fout maken. Mijn bagage komt namelijk aan in de terminal 1 en als ik door die andere paspoort controle was gelopen, was ik daar niet meer bij gekomen. De tweede paspoort controle rij is veel langer dan De eerste.

In de centrale hal zit geen 7/11, en daar zitten volgens de boekjes ATM's die werken voor buitenlandse pinpassen. Gewone pinautomaten schijnen niet te werken. Dan maar naar beneden naar de bus terminal. Mijn fietstas blijkt nu een onhandig groot zwaar ding waar het onmogelijk mee rond wandelen is. Volgens het meisje van Evergreen is mijn tas te groot en ik mag van haar geen kaartje kopen. Trut, ik vind jou onvriendelijk. Nou goed. Ik ben moe, doe me een lol met dit soort ongein. Nog geen geld, een tas die te groot is, verkeerde terminal. Wat voor soort reizigers pest tactiek is dit? Terug omhoog. Pinnen bij de enige pinautomaat die het wel gewoon doet, de boekjes kloppen even niet op dit punt. Ik loop naar buiten voor een taxi naar mijn hotel. Dat verloopt een stuk soepeler. Behulpzame taxi chauffeurs die een Engels adres weten te vertalen naar Chineze variant en een rustige weg met weinig file. Douchen, eten, slapen. 14 uur slapen, ik denk dat ik hiermee een persoonlijk record heb gevestigd. 

maandag 16 april 2018

Kuifje op weg naar Taiwan

Wat doe je als je op Schiphol anderhalf uur moet doden met wachten? De incheck procedure verliep soepel, de odd-size luggage was vlakbij en er waren geen lange rijen bij de security en paspoort controle. Koffie drinken, broodje eten? Ik heb brood bij me en niet echt zin in koffie, dan maar even zitten, kijken en wachten. En wat zie ik dan? Heel veel mensen, meestal redelijk onopvallend, maar sommigen lijken hun best te hebben gedaan om de hoofdprijs ik-wil-gezien-worden te winnen. Of misschien gaan ze wel voor de categorie het- kan-me-geen-barst-schelen-wat-anderen-van-mijn-outfit-denken. Hoe dan ook, er zijn grofweg twee redenen om mijn blik langer op een persoon te houden. Of de outfit is koddig, of het is een mooie vrouw op hakken. Ik zal de vrouwen niet beschrijven, andere rariteiten wel.

Een dikke man met een net iets te korte zwarte joggingbroek, plus een vaal roze verwassen t-shirt.

Vier mannen met een kilt, bergschoenen, zonnebrillen en een nieuw Zeeland t-shirt.

Een donkerpaarse hoofddoek met een knal roze rolkoffer.

Een kale man met een baard en een vaal groene winterjas met bontkraag.

Een slenterende Aziatische dame, bebiologeerd turend naar haar telefoon in een zwarte broek vol scheuren.

Een meisje van 12 met een kort rokje, maar nog zonder achterwerk op plateau zolen sneakers met hak.

De jogging pyjama, het bestaat! Dat is joggingbroek en slobbertrui aan elkaar genaaid. Knalrode sneakers eronder, plus een rood nek kussentje.

Een blonde vrouw met een roze gebreid vest wat van mijn oma kon zijn geweest, plus een lange weide rok in tijgervel motief en witte gymschoenen.

vrijdag 13 april 2018

Ik ga op vakantie en neem mee,.....

Ik ga op vakantie en neem mee,.......

Een fiets



Fiets ingepakt, morgen verder inpakken.  Op naar Taiwan