Ik zou bijvoorbeeld kunnen zeggen dat mijn voorbereiding voor mijn fiets vakantie nogal summier gedaan is. Ik zou ook kunnen zeggen dat de proefondervindelijke waarheid altijd weerbarstiger is dan een planning gemaakt van achter een laptop in een koude februari maand. Maar vooralsnog houd ik het toch even bij de eerste bewering. Ik had een tweetal routes van west naar oost op Java ingetekend. Beide over kleine rustige wegen. Java kende tenslotte toch duizend inwoners per vierkante kilometer, da's twee keer zoveel als Nederland, en wij staan in de top 5 van drukst bevolkte landen. Ik deed een aanname dat er altijd wel accommodatie onderweg zou zijn. Fout. Om twee redenen fout. Aannames moet je altijd controleren en als ik dat gedaan zou hebben, dan had ik kunnen concluderen dat daar dus geen snars van klopt. Domweg een beetje zoeken naar hotels in Google maps naar hotels leert me nu al snel dat je makkelijk 150 kilometer moet overbruggen naar het volgende hotel. En dat dus over kleine pietepeurige weggetjes door de bergen. En mijn Azië ervaring zegt dat ze niet moeilijk doen over tien procent meer of minder. Lekker naïef weer van mij.
Wat echt niet heeft meegeholpen in de voorbereiding is mijn val tijdens een woon werk ritje, waarbij ik mijn pols en elleboog heb verstuikt. Het was de afgelopen vier weken de vraag óf ik überhaupt wel op fiets vakantie kon. Ik zat helemaal niet na te denken over de details. Hopen, bidden, rusten en voorzichtig oefeningen doen met de pols, was het enige waar ik aan dacht. Ik was al vergeten dat ik een hap snap route had getekend.
Inmiddels ben ik drie fietsdagen verder en ik heb geleerd dat het kanonnen druk is op Java. Op die kleinere achteraf weggetjes is misschien rustiger, maar is helemaal geen optie, zelfs niet met een fatsoenlijke werkende rechterarm. Ik heb al wel een paar keer waar kleine doorsteken genomen om de hektiek van de doorgaande weg te ontlopen. Daar bleek het verkeer rustiger, maar het was ook ontstellend slecht asfalt en verschrikkelijke buts drempels. Heel veel drempels, heel veel kuilen, heel veel bulten. De eerste dag was gewoon niet leuk. Dag twee en drie begint het te wennen. Dag een was alleen maar Jakarta agglomeratie, de vijfde grootste metropool ter wereld. Dag twee en drie waren gewoon drukke Azië wegen. En toen deed de pols minder pijn.
Er gaat gelukkig ook af en toe iets goed. Het leven is niet duur, een net hotel kost 25 euro per nacht, voor 15 euro heb ik alle maaltijden op een dag. Indonesiërs willen met me op de foto. De Aziatische glimlach is overal aanwezig.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten