zondag 28 augustus 2011

Ballons Vosgiens, het verslag.

Ik word wakker na enorm slecht te hebben geslapen. Het was nauwelijkse slapen te noemen. Tot 1 uur een beetje doezelen en licht slapen en van 4 tot 6 uur nog een beetje slaap. Dit is geen goed begin. Ik slaap wel vaker slecht voor een cyclo maar dit was absurd. Waarom moet ik me toch zo'n zorgen maken? Ik heb alles toch goed geregeld? Mijn hotel staat op 200 meter van de start; ik ben in vorm; de start is niet extreem vroeg maar om 8h15; zelfs het weer gaat mooi zijn vandaag.

Om 6h00 gaat de wekker. Ik hoef deze keer mijn kamer niet uit voor het ontbijt. Het hotel is geen rennershotel en serveert dus geen extra vroeg ontbijt. Als compensatie hebben ze gisterenavond een ontbijt gebracht. Broodes, verse jam, grapefruit sap en een kan lauwe koffie. Ik hoef me niet te haasten. Gewoon rustig ontbijten, kleren aantrekken, toilet maken en nog even een boek lezen. Gisteren en eergisteren was het pestweer in de Vogezen. Vandaag gaat het een stralende dag worden. De gehele dag zonnig maar niet echt warm. Veel meer dan 20 graden wordt het vandaag niet in Gerardmer. Ideaal fietsweer dus. Er staan 's ochtends een 400 tot 500 renners op het parkeer terrein van de lokale cinema. Er is iets wat een briefing wordt genoemd maar die duurt meer dan een kwartier en het enige wat ik er van opsteek is dat ze hier Frans praten.

De route begint direct met de col de la Schlucht. Hier gaat het pak uit elkaar gereden worden. Op deze klim zullen een 60-tal renners zich losmaken van de rest. Als je al top 10 wil rijden, dan moet je deze slagting overleven. Ik moet lossen na 10 km koers (5 km vlak 5 km klimmen). Ik had me vooraf weinig anders voorgesteld. Top 10 rijden kan ik niet; top 100 waarschijnlijk ook niet. Het is daarna zien om een beetje in een handige groep terecht te komen. Dat lukt makkelijk in een kleine cyclo als deze. Het volk dat op de Schlucht eraf gereden werd, is het net-niet volk en deze vormen de net-niet groep. Ik zit hier tussen en samen met 50 man rijden we over de petit Ballon, de col du Firstplan en de col du Bannstein. Op de lange klim naar le Markstein valt deze groep geheel uiteen. Ik doe het redelijk op deze klim. Maar het vergt wel veel van mijn krachten. Op de top hebben we 107 km gereden en het beste is er mij wel af. Nu al!!!

De rest van de route is niet zo heel moeilijk meer. De col de Bramont en col de Feignes zijn eigenlijk goed te doen. De Grosse-Pierre is een kreng en ik dank op mijn blote knieen de organisatie dat ze ons niet vanuit Gerardmer naar de skipiste sturen waar de finish is. Die klim is 2 km lang en telt stukken van 15%. Gelukkig krijgen we dat niet voor onze kiezen. Vanaf de Bramont is het harken voor mij. Ik moet steeds groepjes laten rijden en ik kan niet aanklampen. Dit wordt een lijdensweg van 40 km. Niet leuk, maar wel werkelijkheid. Ik voel me als een kat met 9 levens. Op elke steile strook sterf ik een keer. Of als een kok die met een lege pan soep voor een paar hongerige soldaten staat. Sorry, maar ik heb niets meer. Dat denk ik ook als ik weer een steile strook zie opdoemen. Sorry, maar ik heb niets meer. De bergen slaan hier medogenloos toe. Na 5 uur 56 min en 3 seconden kom ik over de finish. Ik had vooraf op een tijd van onder de 6 uur gegokt. Dat blijk ik nog net gehaald te hebben. En ik rij net geen top 100, ik blijf steken op P112.

En was het leuk, Rob?
JA!!!! Volmondig JA. Ze zetten hier de weg voor ons af. Er is welliswaar wat verkeer op de route maar op elke kruispunt krijgen we voorrang. Na de snelle afdaling van de col le Markstein schiet ik met een rotgang (60 kmh) de doorgaande weg op. Ik heb niet gekeken. Ik zag in mijn ooghoek een mannetje met een groen bord en ik had er blind vertrouwen in dat hij het verkeer tegenhield. Alleen al deze actie maakt alle andere ellende van vandaag goed.

nog wat cijfers:
156 km; 3740 hoogtemeters; 5h 56min 3sec; gemiddelde van 26,2 kmh; max 83 kmh; gemiddelde HF 161; max HF 180; 5130 kcal; 2 snelle Jelles; 3 isostar bananenrepen; 2 bidon sportdrank; 2 bidons water.

1 opmerking:

Marco zei

Wat een gebikkel zeg. Ik wordt er al moe van als ik het lees. Maar toch bijna de top 100 (net niet).