Dit is het volksfeest van deze regio. Het departement Ardeche is een relatief arme streek en veel gebeurt er hier eigenlijk niet. Daarom pakt men de Ardechoise aan om eens flink feest te vieren. In de meeste dorpen die we onderweg passeren is de Ardechoise het enige evenement in een heel jaar. Ze doen er alles aan om sfeer te maken. Elk dorp is versierd in de kleuren geel en paars. In veel dorpen hebben ze het dorp middels een bepaald thema versierd. Zo rijden we door een smurfendorp heen en in een volgend dorp is de lokale kerktoren omgetoverd tot Eiffeltoren. De Ardechoise kent 5 afstanden; 66 km, 120 km,, 171 km, 216 km, 229 km en 268 km. De 216 km versie is klassieke versie die ook de naam Ardechoise draagt. Ik doe 171 km versie die onder de noemer Volcanique doorgaat. Ik vind namelijk dat een koers niet langer mag zijn dan 200 km..Voor elke afstand is een tijd bepaald die je moet rijden om een gouden of zilveren diploma te halen. Ik ga vandaag niet voor goud maar ik rij mijn eigen tempo en stop vaak om fotos te maken en te genieten van het lekkere eten dat onderweg wordt aangeboden. Ik vind dat als je voor goud gaat, dan moet je gewoon de 216 km versie rijden omdat dit de klassieke afstand is. Daar gaat het bij mij dus al mis. Ik haal ook geen goud al besef ik wel dat dit er in had gezeten. Ik moest daarvoor 6h40 rijden en op mijn fietscomputer staat dat ik 6h25 heb gefietst. Als ik een beetje beter mijn best had gedaan, was dat wellicht 6h10 geweest en dan had ik nog 5 min nodig gehad om te stoppen voor plaspauze en bidons bijvullen. Ik verpruts echter op zijn minst een uur naast de fiets met fotos maken, eten en veel om me heen kijken.
Ondanks dat ik niet echt mijn best doe tijdens deze cyclo, zit ik wel mee in de kopgroep! Haha, hoe krijg ik dat voor elkaar? Ongeveer 4 km voor st Agrève wordt ik ingehaald door de kopgroep van de 216 km versie. Ik heb namelijk een stuk afgesneden en doe de 171 km versie. Het tempo van de kopgroep ligt 3 kmh harder dan mijn eigen tempo en ik besluit om aan te haken. Tot aan st Agrève rij ik mee in het wiel van de drie koplopers. Daarna haak ik af; ik de wil de koers niet teveel in de war schoppen. Het tempo ligt hoger dan wat ik zelf fietste maar het is wel een paar km bij te benen. Mijn pols schiet omhoog van 165 (eigen tempo) naar 177 (kopgroep tempo) en wat verder opvalt is dat de kopgroep vooral gestaag hard door fietst. Er zit geen enkele tempoversnelling in. Iets na st Agrève ga ik onderuit in de afdaling. Overal op het parkoers staan pijlen op de weg die ons moeten waarschuwen voor haakse bochten. Echter in deze smalle bochtige afdaling staat niets aangegeven. Ik zie een bocht te laat en zie dus ook te laat dat dit een haarspeldbocht is. Ik heb teveel vaart en kan onmogelijk de bocht halen. Ik rem uit alle macht opdat de fiets net niet weg slipt en net niet over de kop slaat. Als ik de berm in rijd, val ik op mijn rechter heup en elleboog. Gevolg: schaafwonden op elleboog, hand en heup. Even de rem de weer richten en ik kan verder. Pfffffffffffffffffft …….. even van de schrik bekomen.
De laatste col van de dag is de col de Buisson. Dit is eigenlijk de enige gemene col van de dag. Alle andere cols zijn relatief makkelijk. Het zijn stuk voor stuk lange lopers. Gemiddeld 4 tot 5 %, af en toe een stukje 7% en nergens echt moeilijk. De Buisson begint echter met een uitschieter naar 13% en nu heb ik pas mijn 34*26 nodig terwijl ik de rest van de dag veel op de 34*21 en de 34*19 heb gereden. Lang duurt het gemene stuk van de Buisson echter niet. In elke haarspeldbocht van de Buisson staan een muzikant te spelen. Vlak voor de top staat er iemand braadworsten te bakken. Ondanks dat ik vandaag weinig zoete zooi heb gegeten en veel lekkere droge worst en kaas heb gegeten, kan ik deze lucht niet goed verdragen. Mijn maag moet daar maar even niet aan denken. Na de top volgt nog een lange afdaling naar st Felicien toe. Ik rij niet meer hard door. Het wegdek is nat en ik ben al een keer gevallen en voor de prijzen rij ik vandaag toch niet.
Enig minpuntje van vandaag ik het weer. Dat was gewoon prut. De eerste anderhalf uur heb ik in de regen gereden en het de laatste 2 uur was het ook nat. Het zuidelijke stuk van de route was droog maar ook daar was het boven op de Gerbier de Jonc fris met 8 graden. Het schijnt een uitzondering te zijn voor deze streek want normaal gesproken vallen hier de mussen van het dak. Het enthousiasme van de lokale bevolking is er niet minder om. Het blijft een volksfeest. Alleen een verregend volksfeest dus vandaag.
1 opmerking:
Hey Robbie, je bent lekker bezig.
Heb je tijdens de Borettie niet gezien. Je ging te snel zeker. Ben je nog op Limburgs mooiste geweest???
Groeten, Martin Roelofsen
Een reactie posten