vrijdag 13 januari 2017

Cambodja vs Thailand

Thailand wint dik op punten. In voetbal termen zou zoiets een dubbele cijfers wedstrijd heten. Een soort van 10-1 overwinning. Ik doe het voorlopig ook niet meer. Geen griebus landen meer. Geen Cambodja, geen Laos en geen Vietnam. Alhoewel ik ooit nog wel naar Taiwan en of China wil en ik eigenlijk geen idee heb hoe modern en of welvarend die landen zijn. En voornamelijk hoe makkelijk en prettig het reizen daar is. Maar het armoedige Cambodja ben ik na anderhalve week beu geraakt. Na twee dagen fietsen zit ik nu weer in Thailand. Eerst naar Sisophon toe en van daaruit de tweede etappe naar Sa Kaeo, een klein stadje wat het in alle opzichten wint van Sisophon. En dan is Sa Kaeo een dorp van niks. Sisophon was het zoveelste voorbeeld van een er-is-hier-niks dorp in Cambodja. Geen massage hut, geen mini marts, geen mooi park, geen fatsoenlijke voedsel stalletjes, zoeken naar een restaurant, vuile wegen, geen mensen die Engels spreken, geen ga-zo-nog-maar-even-door. Ik verwijt de Cambodjanen ook verder niks, vriendelijkheid valt me overal ten deel hier. Iedereen kijkt me aan en roept vrolijk hello. 

Bij de grens naar Thailand toe was het idioot druk. Er stond een mega rij voor de paspoorten controle. Echt gigantisch. Vorige winter stond ik hier bij dezelfde grenspost en toen was het veel rustiger. Er stonden hooguit een man of vijf voor me in de rij. Nu lijken het er wel honderden. Au. Omdat ik een fiets bij me heb, wijzen de douaniers naar me dat ik in de brommer rij moet aansluiten. En dus niet in de mega lange toeristen rij moet gaan staan. Ik betwijfel of ze gelijk hebben. Ik moet ook nog eerst stempels in mijn pas krijgen voordat ik verder mag. Ik heb al wel een visum gekocht. Normaal is zoiets gratis maar als ik over land de grens passeer, krijg ik slechts een 15 dagen visum en dat zal net te kort zijn. Ik heb daarom vooraf in Nederland een 60 dagen visum gekocht maar dat moet hier nu nog wel bekeken worden en ik moet alsnog een stempel krijgen. Toch maar vragen dan. Ik kies hiervoor een iets oudere douanier uit die vriendelijk en wijs uit zijn ogen kijkt. Even aardig lachen en dat 60 dagen visum in mijn pas laten zien. Hij laat me een arrival-departure kaart invullen en daarmee sluit ik toch bij die brommer rij. Vijf brommers voor me en ik ben zo aan de beurt. Ik krijg de goede stempels in mijn pas en ik mag t/m 12 maart blijven. Pfffff,..... Alles bij elkaar ben ik 20 minuten bezig bij de grens en ik ben heel blij aan de mega lange toeristen rij te zijn ontsnapt.

Eenmaal in Thailand zie ik direct in aan waarom dit land zo veel prettig reist. Simpel maar duidelijk voorbeeld. Hier hebben ze een tankstation met een mini winkeltje waar je frisdrank, chips, koekjes en ander lekkers kan kopen. Er staat een bankje buiten waar ik op kan uitrusten. Er is een koffie tentje waar ik even kan zitten en koffie kan drinken. In Cambodja bestaat dit niet. Heel af en toe is er een winkeltje maar dat is meer een zeldzaamheid. Een koffie tentje ben ik nooit tegengekomen. En de wegen hier zijn beter. Veel minder stuiter asfalt, veel meer keuze aan wegen. In Cambodja was er maar een doorgaande weg. Daar lag asfalt, soms goed soms slechts asfalt. De rest van het land zijn gravel wegen. Ik hoef niet meer naar Cambodja. Ik was heel erg blij om weer in de 7/11 binnen te stappen. YES! Ik ben weer in Thailand.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten