zaterdag 27 juli 2019

Harde les op de Rad am Ring

Ik heb een heleboel nieuwe ervaringen opgedaan vandaag. Dat is wel een mooie manier om een verhaal te beginnen over een cyclo die eigenlijk meer dieptepunten kende dan hoogtepunten. Zoiets heet omdenken heb ik geleerd. Als iets niet gaat zoals je wil, of een plan desastreus mislukt, dan geef je er domweg een draai aan zodat het toch nog positief klinkt.

Zo heb ik vandaag in de stromende pleuris regen een berg mogen afdalen in wedstrijdverband. Dat had ik nog nooooooit eerder gedaan en echt heel veel spijt dat dat niet eerder was gebeurd, heb ik ook niet. Ik heb nog nooit zo weinig tijd verspeeld in een cyclo met bevoorrading stops en plasplauzes. Zesendertig seconden duurde de bidon bijvullen actie en plassen hoefde deze keer niet. Ondanks dat verbeter ik mijn eerdere tijden op de Ram am Ring niet. De tijden van 2012 en 2014 zijn niet verpulverd, ook niet een klein beetje verbeterd. Ik ben gewoon trager dan voorafgaande jaren. Dit jaar nog net binnen de 5 uur, voorafgaande was ik wat ruimer binnen de vijf uur. Ik kan nu gewoon ophouden om mezelf voor de gek te houden, ik hoef niet meer te geloven in wonderen. Mijn leeftijd van 38 jaar met ervaring, die houd ik er nog even in, maar dat voordeel van ervaring is niet dat je er rapper van gaat fietsen of zo. Eerder langzamer. Bij een volgende cyclo kan ik doelloos mijn kilometers afwerken. Niet meer stressen over een tijd of zo en gewoon een ijsje onderweg. Als je eenmaal met je blote neus hard op de botte feiten wordt gedrukt, dan is dat ff kloten, maar daarna ben je ook van het gezeik af. Ik dacht namelijk echt dat ik mijn tijd op 2014 kon verbeteren, de benen voelden best goed.

Vandaag was de dag van het besef dat ik middelmatige cyclo rijder af ben en er geen verbetering meer in zit. De volgende cyclo mag ik lekker langzaam starten en dan wel zien hoe ver het schip strand. Stuk relaxter dan het eerste rondje vandaag op de Nürburgring. 32,5 gemiddeld over 24,3 kilometer en 540 hoogtemeters plus een pols van 168. Dat soort grappen, dat hoeft niet meer. De Rad am Ring is een cyclo waarbij het aanlokkelijk is om een Erben Wennemars tactiek er tegenaan te gooien. Die startte zijn 1500 meter schaatswedstrijden altijd alsof ze maar 500 lang waren. In het laatste rondje ontplofte hij dan en zette uiteindelijk een teleurstellende tijd neer. Rustig starten zat er bij Erben niet in. Ook bij de Rad am Ring is het verstandiger om er niet volle bak in te vliegen, maar omdat het een gezamenlijke start kent op een formule1 circuit is het te aanlokkelijk om dat toch te doen. De prijs betaal je achteraf dubbel en dwars terug. Mijn laatste ronde ging het langzaamst. Ten eerste omdat de tank leeg was en kramp op de loer lag. Ten tweede vanwege de stortregen. Normaal is er slechts een punt op de nordschleife waar je hoeft te remmen. Met een plens water op de weg was ik toch wat voorzichtiger.

En nou heb ik zin in bier 

woensdag 17 juli 2019

Doel gezocht

Ik zoek een doel. Geen goed doel, maar meer een half onzinnig en enigszins uitdagend doel. Ik heb me ingeschreven voor de Rad am Ring over anderhalve week, een cyclo op de Nürburgring. 150 kilometers is de afstand plus een kleine 3000 hoogtemeters. En deze cyclo is het bijprogramma van de 24-uurs races die dat weekend gaande zijn op het auto circuit. Dat gedoe met een hele nacht door blijven fietsen is mij altijd een beetje blijven ontgaan. Dat wordt halverwege de nacht een gevecht tegen alles. Vechten tegen de vermoeidheid, vechten tegen de slaap, niet meer normaal kunnen eten en totaal uit je ritme geraken. Ik vind het knap van mensen dat ze zichzelf zo kunnen pijnigen, maar ik pas voor dat soort ongein. Dat bijprogramma is meer mijn pakkie an. Honderdvijftig kilometer fietsen en dan kijken wie er de snelste is.

De snelste ga ik niet zijn, het gaat ook geen top 10 worden. Als het om de hoofdprijzen gaat, heb ik daar niks te zoeken. Ik moet voor mezelf een beetje een doel bedenken. Onzinnig is het sowieso wat ik ga doen, dus een enigszins onzinnig doel past daar wel bij. Dan kan ik mezelf een beetje extra voor de gek houden. Wielrennertje spelen en proberen het beste uit mezelf te halen. Maar wat gaat het doel worden?

Misschien moet ik mezelf een suffe tijd als doel stellen. Zoiets van onder de 5 uur rijden, of onder de vier en een half. Of onder de vier, dat is helemaal absurd. Onder de vier rijden is gelijk aan winnen en een prof contract kunnen tekenen. Onder de 5 uur is me al twee keer gelukt. Vier en een half is onhaalbaar. Sneller dan de vorige twee edities? Dat zou kunnen. In 2012 was ik 116de met een tijd van 4h56m45s, in 2014 verbeterde ik die tijd tot 4h50m51s en dat resulteerde in een P112. De tijd van 2014 is rapper dan van 2012 wat ik destijds al redelijk wonderbaarlijk vond. Twee jaar ouder heet geen voordeel te ijn en in 2012 had ik voor mijn gevoel super gereden. Een blik op het klassement leert me dat zelfs met de rappe 2014 tijd ik in 2012 slechts 105de zou zijn geworden. Net geen top100 dus. En er doen aan die cyclo slechts een 300 man mee. En toch geen top100 rijden. Normaal lukt zoiets me wel in kleinere cyclos. In de Vaujany was ik ooit 75ste met 400 deelnemers. Maar de Rad am Ring trekt niet echt veel mindere goden naar de start.

Nu is de vorm de laatste tijd best redelijk en ik denk ook wel dat ik een redelijke cyclo ga rijden, maar als ik naar mijn eerdere tijden kijk, dan schrik ik toch wel. Vijf jaar geleden reed ik 30 gemiddeld, dat zijn snelheden die horen bij vlakke ritten. Dit is een klim cyclo, geen ritje oor een über vlakke polder met wind mee. Ga ik dat dan dit jaar overtreffen of zo? Goede benen hebben is een ding, een verzameling superman benen is het ook niet. Vijf jaar verder, vijf jaar ouder en een bekkenbreuk rijker waarbij ik een beenspier ben kwijt geraakt. Ik zou het nu wel heel erg onzinnig vinden om top 100 rijden als doel te stellen. Dat zou echt nergens opslaan
 

zaterdag 6 juli 2019

Koers zonder winnaar

Vandaag was de start van de tour de France in Brussel. U weet wel, dat is die drieweekse etappe koers dwars door de Frankrijk heen maar ze verdwalen nog wel eens in een ander land. België had dit jaar de eer om le grand boucle te mogen ontvangen. Nou ja eer, ze hebben er waarschijnlijk een paar miljoen voor op tafel neergelegd om Prudhomme te overtuigen. En nu bestaat België tenminste nog,  een jaar of 20 verder of zo en we kunnen een streep door dat land zetten. Brussel wordt dan officieel de hoofdstad van Europa en Vlaanderen en Wallonië gaan dan verder als een soort van onafhankelijk Europese staten. Maar nu kunnen ze nog vieren dat Eddy Merckx de grootse Belg aller tijden was en dat het 50 jaar geleden was hij voor het eerst de tour won. En dus kijkt de halve wereld naar de Belgische hoofdstad want de tour is groot. Heel erg groot. De tour is ongeveer voor 90 procent een mediageil reclame pronkstuk en heel ergens op de achtergrond heeft het iets met wielrennen te maken. Ze deden vandaag de openingsrit, een vlakke etappe die in een sprint ging eindigen. Sportief gezien kun je zoiets in 5 minuten samenvatten, maar ik vermoed dat er 8 uur live televisie aan te pas is gekomen om dat sprintje in beeld te brengen. Ik heb ook gekeken, ja de volle laatste 5 kilometer heb ik gekeken. De overige onzin heb ik aan me voorbij laten gaan.

Ik had vandaag meer zin om zelf pijn te lijden wat overigens niet helemaal gelukt is. De bedoeling was om op en neer te fietsen naar Sloten en aldaar de lokale trimmerskoers te rijden. So far so good. De koers begint tammetjes maar na een paar rondes zit de vaart er lekker in. Ik rijd zelfs mijn tweede tijd op een van de Strava segmenten die Sloten rijk is. 5 keer rond is goed voor een P2 met een gemiddelde van 43.4 kmh. Na 42 kilometer gaat het echter mis. Ik weet niet wat de aanleiding was, ik weet wel dat er een valpartij is en net naast me wordt iemand over zijn stuur heen gelanceerd om vervolgens een koprol te maken. Ik stuur de berm om verdere ellende te voorkomen. Pfff,…. Gelukkig lig ik er niet bij maar een man ligt er niet lekker bij. Ik stop om te helpen en geloof de koers verder wel. Iedereen lijkt ongedeerd maar een man ligt te kermen van de pijn op het asfalt. We proberen zijn fiets van hem weg te trekken en zijn helm los te maken. Hij ligt op zijn zij en ademt met een zware rochel, gelukkig verdwijnt dat na een paar minuten. Hij reageert verder op een geen enkel woord, maar hij heeft wel een pols en een normale ademhaling. 112 is gebeld en de koers is stil gelegd. Als de mannen met de EHBO erbij zijn, rij ik mijn rondje uit en maak nog een even een praatje. Geen winnaar vandaag, de koers is stop gezet en de prijzen gaan naar het Ronald mcDonald fonds waar vandaag een collecte voor was.

Dan maar weer naar huis dus. Niet met een volledige koers in de benen maar toch wel lekker gefietst en heul erg blij dat ik niet daar op het asfalt lag. Hopelijk vallen de verwondingen voor de man mee. Maar als ik goed heb ingeschat is zijn sleutelbeen gebroken en lag hij super ongelukkig op die breuk. In Brussel gingen ze uiteraard ook op het asfalt liggen. Met nog 1.7 kilometer te gaan is er een val in de voorste gelederen van het peloton. Dat zijn van die dingen waar je je klok op gelijk kan zetten. Ze rijden als bezetenen om de volgende dag in een geel truitje te mogen starten. Dat levert super veel publiciteit op voor de sponsor en iedereen is nog fris en in bloedvorm. Ik had al lang eieren voor mijn geld gekozen en was ergens achteraan gaan fietsen. De berm insturen, remmen of god weet wat om de boel te ontwijken.